
Na een kort intro van Irene Domburg, directeur bij Handjehelpen en voorzitter van het NIZU, waarbij iedereen welkom werd geheten, vertelde Julia, projectleider NIZU, over het jubileumjaar dat aangebroken is. Julia vertelde dat 10 jaar NIZU een beetje een willekeurige keuze is, omdat het netwerk al wel wat langer bestaat, maar omdat in 2015 voor het eerst de ambassadeurs informele zorg aan de slag gingen dat duidelijk startpunt is. Julia kondigde aan dat de volgende netwerkbijeenkomst op donderdag 17 april op een feestelijke manier aandacht geschonken gaat worden aan dit jubileum, op een bescheiden manier die bij dit netwerk past.
Daarna was het de beurt aan Daphne Kroon. Daphne is ambassadeur informele zorg jeugd en regiocoördinator bij Handjehelpen en blikte met ons terug op 2024. In haar presentatie gaf ze inzicht in het aantal hulpvragen dat de ambassadeurs informele zorg (wijk, jeugd en onderwijs) in 2024 verwezen hebben naar informele partijen en vergeleek die cijfers ook met die van 2023. In totaal ging het in 2024 om 1909 doorverwijzingen van formele partners naar meer dan 120 verschillende (informele) partijen, een toename van 28% t.o.v. 2023.
Uit de cijfers blijkt dat de inzet van de ambassadeur informele zorg jeugd tot een duidelijke stijging van het aantal hulpvragen geleid heeft.
Ook ging Daphne in op het type hulpvragen dat verwezen wordt. Praktische hulp, gezelschap/maatje en activiteiten zijn – net als in voorgaande jaren – de categorieën waarin de meeste hulpvragen vallen.
Interessant is natuurlijk ook van welke partijen de hulpvragen komen. De buurtteams (Buurtteam Jeugd & Gezin & Buurtteam Sociaal) zijn ook dit jaar weer de grootste verwijzers, gevolgd door KOOS Utrecht en Lister.
Deelnemers aan de bijeenkomst waren vervolgens onder de indruk van het aantal partijen waarnaar verwezen wordt: 252. Soms gaat het om eenmalig verwijzingen, maar het aantal zegt vooral wat over de breedheid van het spectrum dat de ambassadeurs met elkaar in beeld hebben én de hoeveelheid opties die organisaties en initiatieven op het gebied van informele zorg te bieden hebben.
Zoals een van de ambassadeurs zei: ‘als ambassadeur ben je een wandelende sociale kaart’.
De kennis die de ambassadeurs hebben brengen ze niet alleen in bij het verwijzen van hulpvragen die via verschillende kanalen binnenkomen, maar die kennis brengen ze ook in bij allerlei overleggen en netwerken op wijk- en stadsniveau. ‘Informeel’ zit op steeds meer plekken aan tafel en geeft op die manier vorm aan het beleid van de gemeente Utrecht om bewoners te ondersteunen door meer informeel en ‘in het gewone leven’ op te willen lossen.
De presentatie van Daphne met alle cijfers kun je hier downloaden: Cijfers NIZU totaal 2024
Naast de mooie cijfers – o.a. nuttig om de gemeente te kunnen laten zien dat investeren in informeel zin heeft – gaat het natuurlijk nog veel meer om de impact die we als netwerk in de stad maken en de betekenis die het netwerk voor de deelnemers heeft. Daar ging het over in het vervolg van de bijeenkomst. Moderator Rosa Lucassen ging in gesprek met twee mensen uit het netwerk die vanuit een ervaring in 2024 ons iets mee wilden geven voor 2025.
Als eerste sprak Rosa met Godelieve van Liebergen van Zin in Utrecht. Zij sprak over de uitdaging waar ze afgelopen jaar mee te maken had. Zin in Utrecht werkt met vrijwilligers die ondersteuning bieden aan mensen die op de een of andere manier een verlies ervaren hebben. Godelieve merkt dat de situaties waarmee vrijwilligers te maken krijgen steeds complexer worden en dat de vrijwilligers meer handvatten wil geven om daarmee om te gaan. Training van vrijwilligers op dit soort thema’s kan niet zomaar met vrijwillige inzet gerealiseerd worden. Daar heb je wel betaalde professionals voor nodig en dus ook budget, wat er niet zomaar is. Godelieve bracht dit thema ter sprake tijdens een van de zgn. Sirenelunches in Overvecht, een overlegvorm voor professionals in de wijk.
Daar werd haar signaal opgepikt door de ambassadeur informele zorg wijk, die het als thema inbracht bij het NIZU, waar het onderwerp van gesprek werd dat ook als aandachtspunt bij de gemeente naar voren gebracht werd. Godelieve gaf aan dat daarmee niet meteen haar probleem opgelost was, maar wel dat het probleem een stuk lichter geworden was. Door het te delen en doordat ze het gevoel kreeg dat het NIZU er serieus mee aan de slag ging, had ze het gevoel gekregen dat ze er niet alleen voor stond, maar dat ze door het netwerk gesteund werd.
Vervolgens vertelde Diana Williams–Schnek over een ervaring die zij als ambassadeur jeugd in Leidsche Rijn/Vleuten-De Meern had gehad. Ondanks de samenwerkingsovereenkomst met Buurtteam Jeugd en Gezin, Spoor030 en KOOS bleek het toch lastig te zijn om bij een van de teams van KOOS binnen te komen. De wens om met Diana af te spreken was er wel, maar in de praktijk bleken er toch allerlei drempels te zijn om daadwerkelijk tot een afspraak te komen.
Een beetje buiten haar comfortzone besloot Diana er eens een wat steviger mailtje aan te wijden. Ze refereerde aan de afspraken én maakte duidelijk dat dit team inmiddels achterliep bij de andere teams. Dat had het gewenste effect: er werd alsnog een afspraak gemaakt en Diana kon zichzelf introduceren bij het team.
Inmiddels heeft dit KOOS-team het meeste aantal vragen voor Diana en werd ze op een KOOS-dag door het team gevraagd om samen met hen op de foto te gaan.
De verhalen van Godeieve en Diana zijn voorbeelden van wat we in het informele netwerk allemaal tegenkomen. Zoals problemen die groot lijken, maar al een stuk kleiner worden als je ze met anderen kunt delen, en dat het soms nodig kan zijn om er eens een keer wat steviger in te gaan dan dat je gewend bent om de boel eens wakker te schudden. Mooie verhalen om het nieuwe jaar mee in te gaan. In rondje dat volgde vertelden verschillende deelnemers waarmee ze dit jaar aan de gang gaan of welke uitdagingen ze hebben. Het leverde een mooi open gesprek op waarin ook ruimte was voor de vraag wat het NIZU nou voor een specifieke deelnemer kon betekenen, omdat hij met een andere verwachting naar de netwerkbijeenkomst gekomen was.
Daarmee kwamen we aan het eind van het programma en kon Rosa afronden. Daarna was er nog ruim de gelegenheid om elkaar te spreken, waar dan ook goed gebruik gemaakt van werd.
We zien je graag weer bij onze volgende netwerkbijeenkomst op donderdag 17 april!